Een prachtige ontdekking uit de Italiaanse hoogbarok. De fluitsonates van Domenico Maria Dreyer, een tijdgenoot van Antonio Vivaldi. De Zwitserse blokfluitist met Indiase achtergrond Isaac Makhdoomi vertolkt ze samen met Sebastian Bausch op klavecimbel. In deze integrale compilatie worden de werken voor het eerst op een album vastgelegd.

 Er is zeer weinig informatie bewaard gebleven over Domenico Maria Dreyer. Zijn leven is nauw verbonden met dat van zijn jongere broer, Giovanni Filippo Dreyer, een castraat, impresario en componist van opera's. De twee werkten lange tijd aan de rechtbanken van Moskou en St. Petersburg, later in Italië.

 Van Dreyers oeuvre zijn slechts zes hobosonates en twee blokfluitsonates bewaard gebleven. De hobosonates zijn ideaal voor een bewerking op de alt- of sopraanblokfluit. Een procedure die vrij gebruikelijk was in de baroktijd, toen werken voor blaasinstrumenten herhaaldelijk werden uitgevoerd op de viool of op instrumenten uit dezelfde instrumentenfamilie.

 De sonates van Dreyer zijn van grote muzikale schoonheid, stilistisch gesitueerd in de Venetiaanse hoogbarok. Ze zijn vermoedelijk rond 1725 gecomponeerd. Ludovico Erdmann, een beroemde hoboïst die in Florence en Venetië werkte en daar ook contact onderhield met Antonio Vivaldi, zou als de leraar van Dreyer kunnen worden beschouwd. Dit suggereert op zijn beurt dat Dreyer de werken van de Italiaan kende en zelfs bewust Vivaldi's idioom in zijn sonates gebruikte. Daarnaast mag zeker worden aangenomen dat Dreyer ook te maken had met de grootste hoboïst van die tijd, Giuseppe Sammartini, en dat ook de muziek van Sammartini zijn stempel op de werken van Dreyer heeft gedrukt.